Wat je moet weten over einde levensloopregeling
Al sinds 2013 is bekend dat de wettelijke Levensloopregeling per 1 januari 2022 eindigt. De politiek heeft er echter voor gekozen de fiscale afhandeling van saldi op de geblokkeerde levenslooprekeningen in 2021 af te wikkelen, waarmee de einddatum van de levensloopregeling vervroegd is naar 1 november 2021. Lees hier over verlofopname, de afwikkeling van de regeling, levensloopgelden en uitbetalen. Let op: verlofaanvraag vóór 1 juni 2021!
Verlofopname op grond van de levensloopregeling blijft mogelijk tot en met 31 december 2021, mits het levensloopverlof via Youforce > Self Service > Verlof > Levensloopverlof vóór 1 juni 2021 is aangevraagd. Over de exacte uitvoering daarvan – en met name in de maanden november en december 2021 — wordt via Intranet van de politie afzonderlijke informatie verstrekt.
Afwikkeling levensloopregeling bij de politie
Het overgrote deel van de medewerkers bij de politie die een levensloopvoorziening heeft, heeft ASR (voorheen Loyalis) als levensloopinstelling gekozen. Tussen de politie en ASR heeft overleg plaatsgevonden om te komen tot een voor de desbetreffende medewerkers en de politie werkbare afwikkeling van de levensloopregeling
Als de politie de levensloopaanspraken betaalbaar stelt aan de medewerker kan de politie zorgdragen voor de juiste premies, levensloopverlofkorting, etc.. De verzekeraar ASR heeft niet de mogelijkheid pensioenpremie in te houden of heffingskortingen (zoals de levensloopverlofkorting) toe te passen. Als de medewerker levensloopverlof heeft opgenomen in de maanden november en december 2021, is het fiscaal toegestaan dat de politie het alsdan resterende netto bedrag uitkeert in de maanden november en december 2021.
Om een extra administratieve last voor de politie te voorkomen wordt de uitbetaling van levensloopaanspraken door ASR afgehandeld op het moment dat de medewerker niet vóór 1 juni 2021 een aanvraag heeft gedaan voor:
- opname van het levenslooptegoed voor levensloopverlof, dan wel,
- volledige uitbetaling van het levenslooptegoed.
Storten levensloopgelden
Formeel gezien kan een medewerker tot 31 oktober 2021 belastingvrij sparen via de levensloopregeling. In de praktijk is deze datum niet werkbaar voor ASR en de politie. Als de medewerker tot 31 oktober 2021 zou sparen, dan betekent dit dat ASR voor degenen die tot en met 31 december 2021 levensloopverlof genieten niet tijdig de volledige levensloopaanspraak kan overmaken aan de politie. Dit heeft tot gevolg dat de politie niet tijdig kan zorgdragen voor inhouding van loonheffing en eventueel het werknemersdeel van de pensioenpremie en de levensloopverlofkorting.
Om deze reden kan storting van levensloopgelden plaatsvinden tot en met de maand mei 2021. De stopzetting van de inleg bij ASR stopt automatisch per 1 juni 2021.
Keuze uitbetalen levensloopsaldo via politie of ASR
De belangrijkste vraag in dit verband is of er reeds eerder levensloopgelden zijn uitbetaald, waarbij de zgn. levensloopverlofkorting is toegepast. De levensloopverlofkorting bedraagt in 2021 maximaal € 223,00 per jaar dat een medewerker inleg heeft gedaan in zijn levensloopvoorziening in de periode 2006 tot en met 2011.
Als anno 2021 voor het eerst het levensloopsaldo wordt aangewend, hetzij voor verlofopname, hetzij om andere reden, en in de jaren 2006 t/m 2011 heeft jaarlijks inleg plaatsgevonden, dan vindt er een korting plaats op de in te houden loonheffing van 6 x € 223,=. Of te wel de loonheffing is dan € 1.338,00 minder.
Is de levensloopverlofkorting bij eerdere opname slechts gedeeltelijk toegepast, dan houdt de politie bij opname van het levensloopsaldo daar rekening mee.
Als de levensloopverlofkorting van toepassing is, dient bij de aangifte Inkomstenbelasting 2021 (in het voorjaar van 2022) aan gegeven te worden dat levensloopverlofkorting is toegepast. Zou dit achterwege blijven, dan vindt de Belastingdienst dat er te weinig loonheffing heeft plaatsgevonden, met als gevolg een naheffing in het kader van de inkomstenbelasting bij de werknemer.
Een ander fiscaal aspect betreft de vraag wat de leeftijd van de medewerker is per 1 januari 2021. Is de medewerker per 1 januari 2021 jonger dan 61 jaar, dan wordt het uit te betalen levensloopsaldo belast volgens de zgn. witte tabel. Bij de witte tabel zijn de – inkomensafhankelijke – arbeidskorting en algemene loonheffingskorting van toepassing (zie tabellen).
Is de medewerker per 1 januari 2021 61 jaar of ouder, dan wordt het uit te betalen levensloopsaldo belast volgens de zgn. groene tabel. Bij de groene tabel geldt alleen de – inkomensafhankelijke – algemene heffingskorting.
Gerealiseerd moet worden dat dat bij uitbetaling van het levensloopsaldo, het bedrag in het fiscale jaar 2021 bovenop het jaarinkomen van de medewerker komt. Daarmee stijgt het belastbaar inkomen. Alhoewel bij uitbetaling van (grotere) bedragen die per 1 januari van het jaar niet bekend waren, de zgn. bijzondere tabel wordt toegepast, kan er toch een fiscaal nadeel ontstaan. Bij stijging van het belastbaar inkomen wordt de al toegepaste arbeidskorting (als de medewerker jonger dan 60 jaar is) en de loonheffingskorting over het fiscale jaar 2021 minder of zelfs nihil. Als de salarisadministratie dit voor de resterende maanden van 2021 niet meer kan corrigeren, zal dit bij de belastingaangifte over het jaar 2021 alsnog door de Belastingdienst worden gecorrigeerd (of te wel de medewerker kan dan een naheffing verwachten).
Is geen aanvraag ingediend via YouForce, dan zal ASR het levenslooptegoed vanaf 1 november 2021 onder inhouding van loonheffing aan de medewerker overmaken. ASR kent geen fiscale historie van de betrokkene over het fiscale jaar 2021 en past de loonheffing toe, te rekenen vanaf € 0,00. Bij de aangifte Inkomstenbelasting 2021 zal de Belastingdienst verleende korting(en) corrigeren.
De uitbetaling van het levensloopverlofsaldo kan gevolgen hebben voor de hoogte van een van de toeslagen die vanuit de Belastingdienst worden verzorgd.
Wie door uitbetaling van het levensloopverlofsaldo eenmalig een hoog inkomen heeft kan om “middeling” vragen bij de Belastingdienst. Het inkomen, in box 1, wordt dan gelijkmatig verdeeld over drie jaren en de belasting/premieheffing wordt hierover herberekend.
Voor meer informatie zie Bijzondere situaties: sterk wisselende inkomens, werken in het buitenland of geld lenen van uw bv (belastingdienst.nl).
PM